Is rouw liefde die nergens heen kan, of...?
Ieder jaar weer is de dag na Valentijnsdag de dag van de liefde die nergens heen kan. Op 15 februari werd ik ooit als veertienjarig meisje wees. En ieder jaar weer denk ik aan dat moment, waarop ik 's middags aan de telefoon hoorde dat mijn moeder was overleden, vijf maanden na mijn vader. En ieder jaar weer denk ik op die dag om kwart voor zes aan dat moment waarop ik het ziekenhuis binnenliep, op weg naar mijn overleden moeder. Op de een of andere manier vervaagt dat beeld nooit echt. De scherpe randen gaan er wat af. Maar de impact van het moment waarop ik me realiseerde 'en nu is er nooit meer een weg terug', die ben ik nooit vergeten.
Wanneer je wees wordt, stop je niet ineens met van je ouders houden. De liefde kan dan ineens echter nergens meer heen, dacht ik heel lang. Tot een paar maanden geleden. Ik maakte een wandeling op een frisse zondagmiddag, en struinde na een tijdje over één van de begraafplaatsen in Crooswijk, waar de eerste bewoners van mijn huis begraven liggen. Soms loop ik bij hen langs. Ik bedacht me dat de meeste nabestaanden van dierbaren dit voelen; waar gaat de liefde naartoe?
Door een lastige situatie die zich lang geleden voordeed, heb ik een aantal jaren uitvoerig onderzoek gedaan naar trauma in relatie tot verlies (en andere thema's). Eén belangrijke sleutel die ik ontdekte, en die ik volledig omarm, is dat het juist niet vermijden of ontwijken van 'verliespijn', het ongemak een stuk korter laat duren. Niet dat het daarmee is opgelost. Maar de ontregelende pijn en ongemak zijn wel veel draaglijker als je bereid bent je oncomfortabel te voelen. Juist niet afleiding zoekt, maar helemaal laat zijn wat er is. En als dat een leegte is door het verlies van iemand, dan is dat wat er is. Die leegte.
Die leegte kan je ook zien als...ruimte. Ruimte om die liefde die in onze dagelijkse werkelijkheid nergens heen kan, veilig en geborgen te laten landen.
Het is vandaag eenendertig jaar geleden.
De leegte die iemand achterlaat na overlijden, kan je ook zien als...ruimte. Ruimte om die liefde die in onze dagelijkse werkelijkheid nergens heen kan, veilig en geborgen te laten landen.
—Jojanneke